Pagina's

donderdag 16 oktober 2014

Weer dankbaar thuis

Even twaalf uur bereikten we het thuisfront in de Pniëlkerk. Dankbaar voor de reis, de ontmoetingen en de bewarende hand van de Heere.
We hopen dat de goederen gehandicapten en ouderen ten goede mogen komen. Denk u eens in: met 60 jaar met pensioen. En het bedrag dat u maandelijks krijgt is minder dan € 150. Een brood kost maar 50 cent, maar een kilo vlees heeft ongeveer dezelfde prijs als in Nederland. De prijs van een liter benzine is al opgelopen tot 85 cent. De prijs voor verwarming en elektra beginnen te stijgen. De crises in de wereld komt ook nog eens bij de armoede die er al was. Een rolstoel voor gehandicapte kinderen is onbetaalbaar. Hulpmiddelen niet verkrijgbaar. Incontinente ouderen moeten toe met 1 pamper per dag. De douchecel waar velen van hen in gedoucht moeten worden lijkt meer op de zelf-service-wasstraat voor auto's. Per 15 oktober is de stadsverwarming aangegaan, maar eind september was er al bijna iedere nacht vorst.
We ontmoeten een direkteur van een verpleeghuis. Zijn salaris BYR 4.500.000 = ongeveer € 335

In dit land mochten we hulp brengen en een bijdrage leveren aan de verkondiging van het Evangelie.
Daarover las ik bij thuiskomst nog een mooi citaat van Luther. Daar sluit ik voor vandaag mee af.

Wat is een waar geloof?
Rechtvaardig-zíjn is niets anders dan gelovig-zíjn. Hoe dat toegaat? Omdat niemand voor Gods gericht kan bestaan, moet de mens vrezen vanwege zijn leven en werken. Deze vrees drijft hem uit om iets buiten zichzelf te zoeken en te vinden, waarop hij bouwen, steunen en vertrouwen kan. Dat is puur en alleen de genade van God in Christus, aangeboden en beloofd in het evangelie. Dit geloof en vertrouwen maakt rechtvaardig en oprecht voor God. Zoals Paulus zegt: ‘De rechtvaardige zal uit zijn geloof leven’ (vgl. Romeinen 1:17).Zoveel nu de mens vreest voor Gods gericht en in alle dingen zondaar wordt, zoveel vertroost hij zich over de toegerekende gerechtigheid van God, waardoor hij in alle dingen rechtvaardig wordt. Gericht én genade, vrees én vertrouwen horen bij elkaar. Het gericht geeft vrees, de genade geeft vertrouwen. (…)Als het nu een waar geloof is, dan doet de mens weer bij zijn naaste wat hij gelooft dat God bij hem gedaan heeft – doet en laat alles alleen genade zijn. Hij vergeeft hem, draagt hem en verdraagt hem. Hij heft hem op uit zijn ellendige bestaan en geeft hem van zijn eigen goederen. Op die manier laat hij alles wat hij heeft, voor zijn naaste nuttig zijn. Er is niets wat hij hem weigert: lichaam, leven, bezit, eer stelt hij tot zijn beschikking, zoals God ook Zichzelf en al het Zijne tot zíjn beschikking stelt.Hij gelooft dat God hem weldoet uit pure genade, dus doet hij hetzelfde aan zijn naaste uit zijn geloof. Daarom, zoals God Zijn goederen over hem uitgiet en zijn onwaardigheid niet acht, zo giet hij die zelf ook weer uit over zijn naaste, ongeacht of hij zijn vijand is of dat hij het niet verdiend heeft.Hij is er ook van overtuigd dat hij zichzelf niet geheel ontledigen kan, want hoe meer hij uitgiet, hoe meer God inschenkt, en hoe meer hij zijn naaste vervult met zijn goederen, hoe voller hij wordt met Gods goederen. Kijk, dat is het goede en ware geloof, dat de mensen rechtvaardig maakt voor God, dat is de christelijke gerechtigheid die uit de hemel ontvangt en op aarde weer uitdeelt.Kirchenpostille 1522, vgl. WA 10.1.1, 291,10 – 293, 1
Wat is een waar geloof? (2)
De woorden uit Paulus’ brief aan de Romeinen: ‘De rechtvaardige zal uit zijn geloof leven’ (vgl. Romeinen 1:17), zijn woorden van geloof, want alleen het geloof kan deze woorden verstaan en begrijpen. De apostel stemt hierin overeen met Mozes als hij zegt: ‘De mens leeft niet van brood alleen, maar van ieder woord dat uit de mond Gods gaat’ (vgl. Deuteronomium 8:3). Want hij noemt geloven niet zomaar een weten of kennis van de geschiedenissen, maar ook een vast vertrouwen op Gods barmhartigheid die God aan ons, om Christus’ wil, belooft in Zijn Woord, want het evangelie is een kracht Gods, die zalig maakt allen die daarin geloven (vgl. Romeinen 1:16).Vervolgens schept hetzelfde Woord, door het geloof aangenomen en vastgegrepen, een nieuwe mens, uitwendig en inwendig, naar lichaam en ziel. Dan gebeurt in waarheid wat Paulus zegt: ‘Als men met het hart gelooft, dan wordt men zalig’ (vgl. Romeinen 10:9 vv). Bovendien zegt Christus dat alle dingen mogelijk zijn, namelijk voor degene die gelooft (vgl. Markus 9:23). Het Woord waaraan hij hangt en waarin hij gelooft, is almachtig! Het ontbreekt dus niet aan de kracht van het Woord. Het zit in het ongeloof dat aan het Woord twijfelt en niet vast gelooft.
Zodra men echter het evangelie gelooft, is de zaligheid ingetreden en aangebroken. Dan is de dood met de zonde, samen met duivel en hel, al overwonnen en verslonden door het bloed en de dood van Christus.
Als Hij zegt: ‘Heb goede moed, Ik heb de wereld overwonnen’ (vgl. Johannes 16:33), dan hoeft u er niet aan te twijfelen, dat ook de vorst van deze wereld al overwonnen is – met de dood en de zonde erbij.
Bibel- und Bucheinzeichnungen Luthers, vgl. WA 48, 197-198, Nr. 267 en Nr. 265

Geen opmerkingen:

Een reactie posten